Autonoom onderhoud: de start bepaalt het succes

Autonoom onderhoud: de start bepaalt het succes

In ons vorige artikel legden we uit wat autonoom onderhoud (AO) is en hoe het je helpt om de veiligheid, kwaliteit en productiviteit te vergroten. Dit keer laten we graag zien hoe je met AO kunt beginnen – en hoe belangrijk die goede start is.

3 fasen

De beste motivatie om met autonoom onderhoud te beginnen is het besef dat er iets beter kan: een performance die achterblijft, storingen bij een kritische machine of groei die pas mogelijk is als de processen efficiënter zijn. Gelukkig bestaat er een beproefd recept om autonoom onderhoud vorm te geven en in te voeren. Grofweg zijn er daarbij drie fasen te onderscheiden:

  1. het op orde brengen van de basiscondities voor mens, machine en omgeving
  2. het standaardiseren en borgen van werk
  3. het optimaliseren van processen

In de komende artikelen nemen we de fasen met je door en laten we zien wat je kunt doen om deze succesvol te laten verlopen. In dit artikel fase 1: hoe je de machines en de productieomgeving weer in basisconditie brengt.

Begin waar de pijn zit

Begin het liefst vanuit een zeer praktisch perspectief. Pak bijvoorbeeld een lijn aan waar veel storingen zijn; iedereen zal het erover eens zijn dat daar wat aan gedaan moet worden en zo krijg je een gemotiveerde start.

Een operator die veel aan die lijn werkt, krijgt de leiding. Laten we zeggen dat hij in dit geval John heet. John werkt in ploegendiensten en staat meestal aan de afvulmachine. Deze heeft al maandenlang geregeld storingen, waar telkens een technisch monteur voor moet komen. Dat betekent wachten voor John en irritatie bij de monteur, die steeds voor hetzelfde euvel moet opdraven. Het is echter al zo lang aan de gang, dat het inmiddels lijkt of het er nou eenmaal bij hoort.

Daarnaast zijn er verschillende plekken waar de machine snel vies wordt en zijn er enkele keren issues geweest in verband met onjuiste afvulhoeveelheden, die leidden tot het afkeuren van partijen – waar John zich voor moest verantwoorden. Er wordt vaak gewerkt met invalkrachten, waardoor er geregeld kleine fouten gemaakt worden die soms grote gevolgen hebben. Een keer raakte een uitzendkracht zelfs met zijn vingers bekneld toen hij snel een omgevallen verpakking van de lijn wilde plukken – gelukkig liep het net goed af. Er hangt nu een A4-tje met een duidelijke waarschuwing op die plek bij de machine.

Manage de verwachtingen

De productiemanager, Robin, benoemt John tot projectleider autonoom onderhoud en die is daar blij mee; hij wil graag de zaken goed aanpakken. Samen formeren ze een team waarin de direct betrokken operators, productiemedewerkers, monteurs en het management betrokken zijn. Als eerste vraagt Robin aan John om een lijstje te maken van alles wat niet optimaal loopt; aan de machine zelf, de manier waarop ermee gewerkt wordt, en de omgeving. Ook bespreekt hij met John de verwachtingen. Wat is het doel van het project, de beschikbare capaciteit, het budget en de gewenste doorlooptijd. Dat is belangrijk, want John weet wel honderd dingen die hij anders zou willen, tot een compleet nieuwe installatie aan toe. Door samen vooraf de kaders te bepalen, werkt John vanuit realistische mogelijkheden. Hij gaat enthousiast aan de slag en maakt een lijst met vijftig punten waar realistisch gezien iets aan gedaan kan worden. Binnen twee dagen rapporteert hij die lijst aan Robin en samen bepalen ze prioriteiten en de planning.

Fase 1: schoonmaken én oplossen

Nu kan het project echt van start gaan en dat begint met een ’total clean out’. Vooral schoonmaken dus. Iedereen helpt hierbij mee, ook het management! Het doel hiervan is om de machine en de omgeving schoon en overzichtelijk te krijgen, maar ook om een extra check te doen. Waar zit een losse moer, waar lekt het langzaam maar zeker, waar zitten krasjes of roest; schoonmaken is automatisch ook inspecteren. Doordat het management meedoet aan de total clean out, zien ze waar operators elke dag mee te maken hebben. Het vergroot bovendien het respect en commitment van de medewerkers, die zien dat managers niet te beroerd zijn hun handen vuil te maken.

Oplossen en delen

John labelt samen met zijn team de wensen en problemen en zorgt dat ze worden opgelost – deels door het zelf te doen, deels door anderen in te schakelen. In het dagelijks productieoverleg rapporteert hij hierover en iedereen ziet dat de situatie verbetert. Na twee weken zijn de machine en de productieomgeving helemaal schoon en in goede staat. Dat is prettig werken, merkt iedereen. Natuurlijk wil John dat zo houden. Niets is frustrerender dan een schone machine die snel weer vies wordt. Daarom zorgt hij er ook voor dat vervuilingsbronnen geëlimineerd worden, dat moeilijk schoon te maken gebieden beter toegankelijk worden en dat onderdelen die lastig te inspecteren zijn, zichtbaarder worden gemaakt. Tot slot pakt hij een onderdeel aan dat hem hoog zat: het A4-tje met de veiligheidswaarschuwing wordt vervangen door een veilig scherm, waardoor het daar niet meer mogelijk is om met je handen bij de lijn te komen. Iedereen is tevreden en de resultaten van de afvulmachine zijn nu al verbeterd.

Handhaven van schoonmaak, inspectie en smeerstandaard

De laatste stap van deze fase is zorgen dat het zo blijft. Dat betekent dat iedereen met een aantal routinehandelingen de boel op orde houdt en dat management en operators simpele korte audits lopen om te checken of alles voldoet aan de verwachtingen. John maakt hiervoor een lange lijst werkinstructies in Excel, hij zet er foto’s bij en noteert een aantal zaken op whiteboards die bij de machine hangen. Hij bespreekt met Robin het aanschaffen van een bord met T-cards, om de taken nog beter inzichtelijk te maken. Toch is hij nog niet tevreden: hoe kunnen de dienstdoende operators in die lange lijsten snel vinden wat zij tijdens hun dienst moeten doen, hoe ze het moeten doen en wanneer ze het moeten doen? Hoe leg je dit uit aan invalkrachten? En waar noteer je de afwijkingen of opmerkingen? Daarnaast lijkt het lopen van audits nog niet zo makkelijk te zijn. Mensen houden zich niet aan de planning en vinden het vervelend om op papier vinkjes te zetten, met hun eigen telefoon foto’s te maken, dit vervolgens te verwerken in Excel en de acties door te moeten sturen via de mail.

Het lijkt erop dat een digitaal systeem hen kan helpen. Daarin kunnen ze dagelijkse taken en werkinstructies (standard operating procedures) direct filteren per machineonderdeel en per tijdstip, ze kunnen er actuele foto’s en instructiefilmpjes aan toevoegen, digitale checklijsten en auditlijsten snel invullen en afwijkingen of andere opmerkingen direct online vastleggen. John ziet de productiviteitsslag wel zitten; zo krijgt hij beter overzicht, kan hij zijn collega’s beter inwerken en zijn aanpassingen in werkinstructies snel gedaan. Hij gaat het overleggen met Robin.

Verder bouwen op een goed fundament

Wanneer deze eerste fase is afgerond, zijn machines en omgeving hersteld in basisconditie en weten John en zijn collega’s precies wat hen te doen staat om het zo te houden. Dat is de eerste en zeer belangrijke stap van AO.

Hierna komt de volgende fase: hoe ga je zorgen dat John en zijn team zelf eenvoudig eerstelijnsonderhoud kunnen doen? Dan ga je storingen voorkómen en hoeven operators de technische dienst niet te bellen voor eenvoudige taken die ze zelf ook kunnen uitvoeren. Dat is fase twee: standaardiseren en borgen. Dat is het onderwerp van onze volgende blog.

Wil je in de tussentijd al meer weten? Aarzel dan niet om contact op te nemen, we gaan graag met je in gesprek.

Randy Appiah

Robert Bouwman

oprichters EZ Factory

 

Als je meer informatie wilt over het implementeren van Autonoom Onderhoud binnen uw fabriek, of het naar een hoger niveau wil tillen: onze partner Pontifexx kan u helpen. Bezoek hun website voor meer informatie: https://www.pontifexx.nl/.